Stel je verkoopt merk speelgoed dat rechtmatig is ingekocht. Mag je dan de merknaam gebruiken in het kader van de verkoop (bijvoorbeeld in reclame of op een website) als je geen erkende dealer/wederverkoper bent van het speelgoedmerk?
In principe mag dat. Er is wel een aantal voorwaarden aan verbonden.
1. Officiële producten, geen parallelimport
Het moet allereerst gaan om officiële producten die rechtmatig zijn ingekocht. Dat betekent dat het betreffende product door de merkhouder of met zijn toestemming voor het eerst in Europa is verkocht. Het mag niet gaan om producten die zijn verkregen via parallelimport (‘grijze import’). Als de producten eenmaal door of met toestemming van de merkhouder zijn verkocht in Europa, dan mogen deze vrij worden doorverkocht.
Wat is parallelimport? Een voorbeeld: Een merkhouder brengt zijn producten op de markt in de VS door deze te leveren aan een Amerikaanse distributeur. Een Nederlandse ondernemer koopt de merkproducten van de Amerikaanse distributeur en importeert en verkoopt deze vervolgens in Nederland, zonder toestemming van de merkhouder. In dat geval gaat het om parallelimport. In dat geval mag de Nederlandse ondernemer de producten niet verkopen in Nederland en dus ook het merk niet gebruiken in bijvoorbeeld reclame.
2. Loyaal handelen: geen commerciële band suggereren
Als het inderdaad gaat om rechtmatig ingekochte artikelen, dan mogen deze vrij worden doorverkocht. Volgens de rechtspraak mag je bij de verkoop dan ook gebruik maken van het merk. Je mag bijvoorbeeld adverteren dat je een bepaald merkproduct verkoopt. Ook als je geen officiële dealer bent.
In de rechtspraak is verder bepaald dat je bij het gebruik van het merk loyaal moet zijn naar de gerechtvaardigde belangen van de merkhouder. Dat betekent dat de wederverkoper niet mag suggereren dat er een commerciële band bestaat met de merkhouder. De wederverkoper mag zich met name niet voordoen als een officiële dealer of doen alsof er een bijzonder band met de merkhouder bestaat.
Ook bij de wijze van adverteren moet rekening worden gehouden met de belangen van de merkhouder. In beginsel mag je met het merkproduct adverteren op een manier die gebruikelijk is in de branche. Voorkomen moet worden dat de reclame de waarde van het merk aantast of bijvoorbeeld het prestigieuze imago van een merk aantast.